Nederlandse apotheken verstrekten in 2019 2,9% minder antibiotica dan een jaar eerder. De verstrekkingen van tweede-keus- en reserve-antibiotica namen met 4% sterker af, maar desondanks is bijna 20% van alle antibiotica-afleveringen een middel uit deze groep. Dat schrijft de SFK deze week in het Pharmaceutisch Weekblad.
In 2019 werd 6,4 miljoenmaal een antibioticum voor systemisch gebruik verstrekt, een afname van 3,2% ten opzichte van een jaar eerder. Daarnaast verstrekten apothekers 1,8 miljoen keer een antibioticum voor lokaal gebruik, wat een lichte af-name (1,3%) betekende ten opzichte van 2018. Het gaat hierbij om anti-biotica die worden aangebracht op de huid (12%), in het oog (10%) of in het oor (1%).
De afname lijkt, naast het beleid om antibiotica terughoudend voor te schrijven, ook te maken te hebben met geneesmiddelentekorten. De antibiotica die in 2019 minder zijn verstrekt, waren ook bekend bij KNMP Farmanco.
Tweede-keusantibiotica
Onderdeel van het verstandig gebruik van antibiotica is speciale aandacht voor het voorschrijven van tweede-keus- en reserve-antibiotica, om zo de resistentie van bacteriën te beperken. Chinolonen, cefalosporinen en amoxicilline met clavulaanzuur zijn volgens de NHG-Standaarden in de meeste situaties geen eerste-keusmiddelen.
60% van de tweede-keus- en reserve-antibiotica is amoxicilline met clavulaanzuur.
In 2019 nam het aantal verstrekkingen van tweede-keus- en reserve--antibiotica met 4% af, waarbij vooral de chinolonen een daling vertoonden (-10%). Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen meldde in maart 2019 dat deze groep zorgt voor een verhoogd risico op langdurige en mogelijk blijvende schade aan spieren en zenuwstelsel. Deze melding heeft waarschijnlijk bijgedragen aan de afname.
Het aandeel tweede-keus- en reserve--antibiotica was de afgelopen jaren stabiel met ongeveer 20% van de antibioticaverstrekkingen. Het combinatiepreparaat amoxicilline met clavulaanzuur neemt ruim 60% van de verstrekkingen binnen deze groep voor zijn rekening. Van de verstrekkingen van dit combinatiepreparaat is 65% voorgeschreven door een huisarts, terwijl het aantal indicaties hiervoor beperkt is.