De WHO heeft geïnventariseerd wat de effectiviteit is van bestaand beleid op het gebied van gezondheidsvaardigheden in de Europese regio. Vooral een aantal beleidsmaatregelen op het gebied van zorg en onderwijs blijken veelbelovend te zijn. Op andere terreinen, werk bijvoorbeeld, zijn er nauwelijks initiatieven. Meer onderzoek naar de effectiviteit van beleidsmaatregelen op het gebied van gezondheidsvaardigheden is nodig. Daarnaast komt een grotere diversiteit aan gebruikte onderzoeksmethoden de kwaliteit van het onderzoek ten goede. Dit zijn de conclusies uit de WHO Health Evidence Network Synthesis, waarvan Nivel-onderzoeker Jany Rademakers co-auteur is.
Er is steeds meer bewijs voorhanden dat beleid op het gebied van gezondheidsvaardigheden succesvol is. Vooral in de gezondheidszorg en het onderwijs is evidentie voor dit succes, op andere terreinen is hier helaas minder bewijs voor. Dit is een van de uitkomsten van het grootschalige WHO-project, waarin 46 beleidsprojecten in 19 EU-landen werden geïdentificeerd. In de periode dat het onderzoek liep, werden deze 46 projecten al uitgevoerd of waren ze nog in ontwikkeling.
Bredere benadering van gezondheidsvaardigheden nodig
In het WHO-rapport wordt aanbevolen om in het beleid een bredere aanpak van gezondheidsvaardigheden te kiezen, die meer terreinen bestrijkt dan de zorg en het onderwijs. Ook wordt een benadering op verschillende maatschappelijke niveaus aangeraden, bijvoorbeeld het niveau van individu, wijk, organisatie en samenleving.
Gezondheidsvaardigheden
Gezondheidsvaardigheden, in het Engels health literacy, is het vermogen van individuen, families en gemeenschappen om de juiste beslissingen te nemen ten aanzien van gezondheid in het dagelijks leven. Dit kan op verschillende terreinen liggen: thuis, op het werk, in de gemeenschap, op de markt, in de gezondheidszorg of in de politiek.